Wij (Carla, Sjaak, Michael en Robin) hebben in de zomer van 2007 onze 1e verre vakantie (buiten Europa) gemaakt. De rondreis die we maakten, door Java, Bali, Gili-Islands en Lombok, hadden we van te voren goed voorbereid, we wisten wat we wilden zien en doen. We hebben van te voren niets besproken of gereserveerd, m.u.v. de eerste overnachting. Wat we wel hadden was een retourticket Amsterdam – Jakarta. Hier ons reisverslag

Het complete reisverslag

Heenreis naar Java (Bogor) via Doha (Qatar)

Dag-1

De reis begint op zondag 29 juli. We hebben geen directe vlucht naar Jakarta genomen, maar vliegen eerst (met Britisch Airways) naar Londen, en daarna (met Qatar Airways) via Doha en Singapore naar Jakarta. We laten onze rugzakken voor vertrek op Schiphol (voor de veiligheid) eerst sealen

In Londen hebben we een vertraging van 5 uur, waardoor we pas ’s avonds vertrekken naar Doha.De service van Qatar Airways vliegtuigen is uitstekend, en gedurende de reis kan je gamen, muziek luisteren, film kijken en via het beeldscherm kijken waar je vliegt (met een boogje om Irak en Israel)

Dag-2

Door de vertraging in Londen missen we in Doha onze aansluiting op de volgende vlucht. Omdat het volgende vliegtuig pas over 18 uur vertrekt, zorgt Qatar Airways voor een (luxe) Hotel overnachting Movenpick Doha Tower (inclusief vervoer en maaltijden). Het blijkt achteraf het luxueuste Hotel van de vakantie te zijn.

Wel leuk om een dagje in Doha te zijn, het is de hoofdstad van Qatar en ligt midden in een woestijn, waar ontzettend veel luxe Hotels worden gebouwd. De meeste foto’s van Doha zijn mislukt omdat door de temperatuur van 48 graden de lens beslagen is. ’s Avonds vertrekken we richting Jakarta, en hebben een tussenstop in Singapore.

Dag-3

Dinsdag middag landen we dan toch op het Indonesische eiland Java in de Hoofdstad Jakarta. Na het halen van een visum en onze bagage, stappen we dan echt de Indonesische wereld binnen……

We worden opgewacht door Ayik (familie van een collega van Sjaak) die ons naar Bogor brengt. Een reis van 60 km. (waar we door het drukke verkeer 3 uur over doen). Niet onlogisch omdat we midden in de spits rond Jakarta met z’n 12 miljoen inwoners rijden en dus niet de enige zijn die op de weg zijn. We kijken onze ogen uit. We zijn in een hele andere wereld beland. Het verkeer lijkt een grote chaos van auto’s en motors die allemaal toeterend en elkaar afsnijden. Maar opvallend genoeg wordt niemand boos en gebeuren er geen ongelukken (hoewel we toch vele keren denken dat een botsing niet meer te vermijden is) en iedereen zich echt centimeters van elkaar door het verkeer heen wurmt. Doorgetrokken strepen op de weg en stoplichten lijken geen betekenis te hebben evenals 4 breed rijden op een 2 baansweg. Verkopers van eten en drinken lopen met gevaar voor eigen leven op de snelweg door het verkeer heen om hun waar te verkopen. Onderweg leert Ayik ons de eerste woorden Indonesisch (wat niet meevalt) en verteld als over alle (voor ons verrassende) dingen die we onderweg tegenkomen.

Tenslotte komen we veilig aan in Bogor en overnachten in Hotel Salak. Een Hotel met een Nederlands verleden, zo heet het restaurant “Binenhoff” en de bar “Den Haag Cafe”. Dit Hotel was trouwens een half jaar geleden ook het verblijf van president Bush tijdens z’n 6 uur durende staatsbezoek aan Indonesië


Bogor en de Botanische tuin

Dag-4

Ons Hotel ligt tegenover het voormalig presidentieel paleis van Soekarno (buitenverblijf Buitenzorg) en vlakbij de (beroemde) Botanische tuin van Bogor.

Om in de Botanische tuin te komen moeten we alleen nog de weg oversteken. Wat de eerste keer niet meevalt (hier heeft ook een zebrapad weinig betekenis), niet alleen door het drukke verkeer maar ook omdat hier in Indonesië links rijdt. We hoeven echter niet tot de botanische tuinen te wachten om mooie (aparte) bomen te zien.

Rond (hoofd) weg om de Botanische tuin

De reuzen water lelies in de Botanische tuin (Kebun Raja Indonesie)

Het valt op dat er weinig toeristen zijn in Bogor en de Botanische tuin (en later blijkt in heel Java, m.u.v. enkele zeer toeristische trekpleisters zoals de Burobudur, Pranbanan en Bromo vulkaan)





Na ’s middags eerst nog wat in Bogor gewinkelt te hebben vertrekken we richting Puncakpas. We willen hiervoor de taxi nemen, de taxi chauffeur wilt ons wel brengen maar verteld dat zij eigenlijk alleen in Bogor mogen rijden en dat als we politie tegen komen wij de bekeuring moeten betalen, plus het eten van de politie agenten. We besluiten dit niet te doen en huren een auto met chauffeur (dit is volgens ons gewoon een taxi, met dat verschil dat je ‘m niet per km maar voor een hele of halve dag huurt en er geen bordje TAXI op de auto staat)


Een "Grafiti" kaktus

Taman Safari en de reis naar Bandung

’s middags komen we aan in het Safari Garden Hotel. Na een rondleiding (het is gebruikelijk dat je eerst de accommodatie eerst bekijkt voor dat je besluit te gaat boeken) in een Donald Duck auto door het bungalowpark kiezen we voor een verblijf in een leuke bamboe bungalow “Zebra”

Eerst een verkoelende duik (je ziet we hebben nog een aardig “Hollands” kleurtje). ’s Avonds genieten we van onze eerste (Indonesische) diner in Indonesie, (de Indonesische rijsttafel kunnen we niet op het menu vinden ;-)

Dag-5

’s Ochtends het ritueel van het insmeren. (zonnebrandolie en Deet voor tegen de muggen) Uitslapen zit er hier trouwens niet in. Het leven begint hier ’s morgens zodra het licht wordt (6 uur) en door het feit dat je maar tot 9 kan ontbijten in het Restaurant

Nasi Goreng als ontbijt (smullen voor Robin en Michael maar iets minder voor Carla die niet van rijst houd)

Bezoek aan de dierentuin / Safaripark Taman Safari. We hadden gelezen dat we in Taman Safari, de Safari per Olifant konden doen. Maar aan de kassa (waar ze gebrekkig Engels spreken) duurt het even voordat duidelijk wordt dat we eerst de Safari per bus moeten doen, en hier niet direct op de Olifant kunnen klimmen.

Hierna dan de Safari per Olifant (die eerst nog eventjes gezadeld moet worden) Na een uurtje wachten (het begrip eventjes heeft hier in Indonesië een ander betekenis) staan er 2 Olifanten klaar en kunnen we (met enkele trossen bananen als brandstof) beginnen met de tour.





In de vogeltuin veel vogels welke (volgens de bordjes) hier in Indonesië in het wild voorkomen.

Leuk is ook het “baby Zoo” gedeelte waar je met enkele dieren op de foto kan (nou ja “baby” dieren)



Een witte tijger

Van de Safari naar het Hotel (een rit van 5 km berg afwaarts) proberen we voor het eerst de “mini bus” uit. (meestal kleine Mitsubusi’s)

“De dodemansrit”

Na het onderhandelen over de prijs (uiteindelijk 2,40 EURO) stappen we het (gammele) busje in. De bestuurdersdeur wordt met ijzerdraadjes dichtgedaan. Vervolgens duwen 2 man de auto (zonder de motor te starten) de berg af. We schikken ons rot. “Doen de remmen het nu wel ?”. “No problem Mister !”, en al stuiterend gaan we de berg af. Uiteindelijk blijkt de reden te zijn dat hij benzine wilde uitsparen, of geen benzine meer had.

Beneden aan de berg aangekomen wordt er eest een litertje benzine getankt. Deze winkeltjes die flessen benzine verkopen komen we overal tegen. (hoewel je uiteraard ook gewone benzine stations tegenkomt) De winst voor deze verkopers zit in de prijs van benzine 5000 rp (40 EuroCent) t.o.v. 4500 rp (36 EuroCent) aan de pomp en door de flessen waarin ze iets minder dan 1 liter stoppen.

’s middags vertrekken we richting Bandung. We kiezen voor transport met het openbaar vervoer, wat ook weer een onvergetelijke belevenis is. Lang hoeven we niet te wachten op de bus. De security agenten van hotel Safari Garden houden de bus Bogor-Bandung aan, en wij worden door de conducteur in de volle bus gedirigeerd. De zitplaatsen (aan beide zijden rijen van 3 stoelen) zijn aan de smalle kant, zeker als je ook nog de rugzakken op je schoot moet nemen. De route (een afstand van 100 km) via de Puncakpas is mooi. We passeren vele thee en rijstvelden. In de bus zelf kijken we onze ogen uit. Bij elke halte (nou ja haltes zijn er niet echt de bus stopt zodra iemand z’n hand opsteekt, of door de conducteur die hangend uit de bus nog wat passagiers onderweg probeert te ronselen) stappen er verkopers of straat artiesten in. De verkopers verdringen elkaar op het smalle gangpad van de bus om eten en drinken te slijten (sommige erg vasthoudend, de manderijnen verkoper bijvoorbeeld die de bus verliet nadat iedereen manderijnen van hem had afgenomen). De artiesten zingen (met hun karaoke machine) of spelen gitaar om wat roepiaas te verdienen. Ook jonge kinderen gaven een opvoering. Het word wel een beetje angstig, als een jongeman (met rugzak) met veel emotie een speech begint te houden. In het Indonesisch wat wij niet verstaan op de woorden, Islam, Amerika, Terrorisme en Palestina na. Dit was het enige moment van de vakantie dat wij ons niet op ons gemak voelden. De busrit eindigt ’s avonds in het centrum van Bandung. Omdat we Bandung zelf niet willen bezoeken maar wel de Vulkaan en Warmwaterbronnen ten noorden van Bandung, nemen we een taxi en vragen de chauffeur een mooi Hotel in die omgeving voor ons te vinden. Na 1,5 uur komen we aan bij het Hotel Sari Ater, op de heuvels voorbij Lembang.

Tangkuban Perahu Krater en de SariAter Hotsprings

’s morgens zien we goed in welke omgeving we gisteren zijn aangekomen. Een mooi park in een zeer groen heuvelachtig gebied.

Veel zitplekjes in het park (wat in het weekend altijd volgeboekt schijnt te zijn)



Onderweg met een mini bus naar de Tangkuban Perahu Krater (een van de weinige kraters waar je met de auto tot aan de top kan komen) komen we veel rijstvelden en theeplantages tegen.



Je ziet dat dit een toeristische attractie is, er zijn vele kraampjes te vinden voor eten, drinken en souvenirs. (lijkt me toch niet lekker om de hele dag in die stinkende zwavellucht te staan)

Hoewel dit gedeelte niet meer actief is, hoor je op de achtergrond toch een sissend geluid en zien we rookpluimen uit de grond komen.



We dalen (tegen het advies van de lokale gidsen in, die zeggen dat dit gevaarlijk is je daarom een gids nodig hebt) zelf de berg af om nog een actieve krater te zien. Onderweg mooie vergezichten.



Na een uurtje ruiken we (door de zwavel lucht) dat de actieve krater niet ver meer weg is. De man rechts, kookt in het borrelende water eitjes voor de Warung (eet huisje) die hier ook staat.

Na de kraters gaan we naar de SariAter Hotsprings. Er zijn verschillende zwembaden (gevuld met het warme water uit de bron) variërend van heet (36) tot zeer heet (48) graden. Het schijnt en heilzame werking te hebben



We proberen uiteraard ook de warme watervallen uit. Net als in Nederland moet je ook hier eerst doorkomen (maar dan omdat het water heet is i.p.v. koud) Omdat wij (en zeker Carla) één van de weinigen die alleen in zwemkleding het water in gaan, kan je zien dat Java een Islamitisch eiland is. Dit is ’s avonds ook te merken als er in het restaurant geen Bier wordt geschonken. Maar de verse vruchten sappen en milkshakes smaken ook erg goed.

Pandangaran en de Green Canyon

Dag-7

’s Morgens vertrekken we naar Pandangaran een reis van 200km. Omdat het reizen per bus wel een belevenis is, maar niet echt opschiet, hebben we een auto met chauffeur gehuurd. We rijden eerst door het gezellig drukke centrum van Bandung



In de grote steden zien we veel “privé verkeers agenten”. Die al fluitend het drukke verkeer begeleiden. Maar in feite zijn het (privé) parkeer wachters die (voor een kleine vergoeding van hooguit een paar dubbeltjes) op je auto passen.

De wegen op Java zijn goed, maar op een uitzondering na 2x1 baans. Reken op een gemiddelde snelheid van max. 60km per uur

Weken voor het onafhankelijkheids feest van Indonesië op 17 augustus beginnen de feestelijkheden al.

Aankomst in Pandangaran. We verblijven in Hotel Mustikaratu

Het (zwarte) strand van Pandangaran in het zuiden van Java, met z’n vissersvloot van meer dan 100 boten waarvan de meeste op het strand liggen…

…en tegen het vallen van de avond de zee in worden geduwd om ’s nachts te gaan vissen



De schade die de Tsunami van 2006 heeft aangericht (die aan ruim 500 mensen het leven kosten) is nog steeds zichtbaar.

’s Avonds lopen de herten van het naastgelegen natuurreservaat door het dorp.

’s Ochtends zien we hoe voor ons Hotel er dieren (waaronder een aap en een krokodil) worden verhandeld.



We gaan vandaag de Green Canyon bezoeken (zo’n 20 km ten westen van Pandangaran).Onderweg krijgen we een rondleiding in een garnalen (Gamba) kwekerij.

Met een smalle boot varen de rivier op richting de “Green Canyon”.





Een erg mooi stukje natuur met aan het einde de mooie Canyon

De boot kan door rotsen de watervalletjes niet verder. Samen met de gids van de boot zwemmen we een stuk de canyon in. Verderop daagt de gids ons uit een “Clif Dive” van een 6 meter hoge rots te maken. Na wat moed te hebben verzameld laten we ons natuurlijk niet kennen.

’s middags terug aan het strand zien we hoe vrouwen vanaf het strand met netten vissen

Pandangaran is ook bekend om z’n natuurreservaat (met witte stranden) En omdat het zwarte strand niet uitnodigt om lekker te gaan liggen, varen we met een vissersboot naar het natuurreservaat om te snorkelen.

Alhoewel we niet veel levend koraal zien, is het voor de 1e keer snorkelen wel bijzonder.

Toch wel even je spullen in de gaten houden met die apen op het strand.

De snorkel verhuurder, vangt met blote handen een inktvis.



We willen toch ook eens de Becak (fietstaxi) uitproberen, en laten ons naar het Hotel rijden. Voor 2 Europeanen is de Becak best wel krapjes.